De geplande fusie tussen de Colombiaanse luchtvaartmaatschappijen Avianca en Viva Air is afgewezen door de Colombiaanse burgerluchtvaartautoriteit Aerocivil, die op 8 november verklaarde dat de fusie de concurrentie zou schaden en een monopolie zou creëren op 16 binnenlandse routes.
Aerocivil verklaarde dat de integratie van de twee maatschappijen – naast de Peruaanse dochteronderneming van Viva – “risico’s inhoudt voor de concurrentie in de sector en het welzijn van de consumenten”. Andere luchtvaartmaatschappijen zouden “nieuwe moeilijkheden” ondervinden om te groeien of markten te betreden door de machtspositie van de gecombineerde onderneming, aldus de toezichthouder.
Volgens Aerocivil bieden Avianca en Viva samen 59 binnenlandse routes aan, die 93,7% van het verkeer in Colombia vertegenwoordigen. De gefuseerde onderneming zou een monopolie hebben op 16 van deze routes.
Avianca kondigde in april plannen aan om Viva Air over te nemen, maar de twee maatschappijen gescheiden te houden. In augustus verzochten de luchtvaartmaatschappijen Aerocivil echter om versnelde antitrustgoedkeuring voor een fusie, waarbij zij aanvoerden dat de integratie van vitaal belang was vanwege de “delicate financiële situatie” van Viva.
In zijn bezwaar tegen de geplande overeenkomst oordeelde Aerocivil dat Avianca en Viva “niet hebben aangetoond dat de economische crisis van Viva van een dergelijke omvang is” dat deze de levensvatbaarheid van Viva aantast. Aerocivil voegde daaraan toe dat Viva niet had aangetoond dat zij “andere alternatieven had onderzocht en uitgeput”, zoals het aanvragen van leningen of het zoeken naar andere potentiële investeerders.
Bovendien zei Aerocivil dat beide ondernemingen niet hadden aangetoond dat de door de transactie veroorzaakte schade voor de mededinging minder groot was dan de schade die het verdwijnen van Viva uit de markt zou veroorzaken. “Integendeel, Avianca en Viva hebben zich beperkt tot een opsomming van de gevolgen van de vermeende terugtrekking van Viva uit de markt, maar hebben deze niet vergeleken met de gevolgen die de goedkeuring van de transactie zou hebben”, voegde de autoriteit eraan toe.
Na de uitspraak zei Adrian Neuhauser, president en CEO van Avianca, dat de luchtvaartmaatschappij “bezorgd was over de richting van het besluit, omdat het ingaat tegen de behoeften van het land en voorbijgaat aan het potentiële effect dat het verdwijnen van Viva zou hebben op de gebruikers en de markt”.
Hij voegde eraan toe: “Bij Avianca herhalen we onze bereidheid om actief deel te nemen aan de redding van Viva, met als doel de connectiviteit voor reizigers te behouden, het toerisme te versterken en de formele werkgelegenheid te behouden.”
Avianca benadrukte dat de fusie met Viva losstaat van haar plannen om een nieuwe holding op te richten met de naam Abra Group. In mei kondigde Avianca een overeenkomst aan met de Braziliaanse luchtvaartmaatschappij GOL Linhas Aereas om Abra te vormen, die een van de grootste luchtvaartgroepen in Latijns-Amerika zou worden en Viva zou omvatten, alsmede een minderheidsbelang in de Chileense Sky Airline.
Aerocivil zei dat het de fusie tussen Avianca en Viva opnieuw zou bekijken indien een nieuw verzoek zou worden ingediend, maar benadrukte dat de partijen corrigerende maatregelen moeten aanbieden om de geschetste mededingingsbezwaren weg te nemen.
