Colombia heeft het Internationaal Gerechtshof gevraagd om het land te laten interveniëren in de Zuid-Afrikaanse zaak die Israël beschuldigt van genocide in de Gazastrook, aldus het hof vrijdag.
In zijn verzoek riep Colombia het hof op om “de veiligheid en zelfs het bestaan van het Palestijnse volk” te waarborgen.
Het ICJ, het hoogste gerechtshof van de VN gevestigd in Den Haag, kan staten toestaan om tussenbeide te komen en hun mening te geven. Verschillende staten hebben gezegd dat ze zich ook in de zaak willen mengen, maar tot nu toe hebben alleen Colombia en Nicaragua een openbaar verzoek ingediend.
Vorige week bevolen de rechters van het ICJ Israël om alle noodzakelijke en effectieve maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat de Palestijnen in Gaza zonder vertraging worden voorzien van basisvoedselvoorraden.
In januari beval het ICJ, ook bekend als het Wereldgerechtshof, Israël om zich te onthouden van handelingen die onder het genocideverdrag zouden kunnen vallen en om ervoor te zorgen dat zijn troepen geen genocidale daden begaan tegen Palestijnen in Gaza.
Israël ontkent Palestijnse burgers als doelwit te nemen en zegt dat het alleen uit is op de vernietiging van de militante groep Hamas. Advocaten van Israël hebben de zaak van Zuid-Afrika afgedaan als misbruik van de genocideconventie.
