Gabriel García Márquez overleed tien jaar geleden, maar een eerder ongepubliceerd boek van de auteur, die het Latijns-Amerikaanse genre van “magisch realisme” populair maakte, liggen vandaag in de winkels, enigszins tegen zijn wensen in.
Tijdens een presentatie in Madrid op dinsdag onthulden zijn zonen, Gonzalo en Rodrigo García Barcha, de 120 pagina’s tellende roman “En agosto nos vemos”, geschreven door de in Colombia geboren Nobelprijswinnaar van 2004.
Het is vandaag in het Spaans uitgebracht, wat de verjaardag van García Márquez is, en op 12 maart in het Engels, volgens uitgever Penguin Random House.
Voor zijn dood in 2014 op 87-jarige leeftijd zei García Márquez dat het boek nutteloos was en vernietigd moest worden. Zijn zonen en zijn agenten hebben de verschillende manuscripten beoordeeld en beschouwen ze als literair waardevol, wat de auteur mogelijk niet heeft ingezien in de laatste jaren van zijn leven, getekend door geheugenverlies.
“Voor mij betekent dit dat al het werk van Gabo is gepubliceerd, dat er niets meer openstaat en dat hij in die zin een cyclus heeft afgesloten,” vertelde Gonzalo García Barcha tijdens een persconferentie, gebruikmakend van de naam waarmee García Márquez liefkozend bekendstond in heel Latijns-Amerika.
García Márquez was het meest bekend om “Honderd jaar eenzaamheid”, een droomachtige, dynastieke epische roman die hem in 1982 de Nobelprijs voor Literatuur opleverde.
Het nieuwe boek vertelt het verhaal van Ana Magdalena Bach, die elke augustus met de veerboot naar een eiland gaat om het graf van haar moeder te bezoeken en daar een nieuwe minnaar voor één nacht ontmoet. Zijn familie beschouwt het boek, hoewel ongepolijst door Gabo, nog steeds als drager van de herkenbare prachtige proza van de auteur en zijn diepe kennis van de menselijke natuur.
